Statenvertaling
En gij zult naderen tegenover de kinderen Ammons; beangstig die niet, en meng u met hen niet; want Ik zal u van het land der kinderen Ammons geen erfenis geven, dewijl Ik het aan Lots kinderen ter erfenis gegeven heb.
Herziene Statenvertaling*
U zult in de nabijheid van de Ammonieten komen. Breng hen niet in het nauw en ga niet de strijd met hen aan, want van het land van de Ammonieten zal Ik u niets in bezit geven. Ik heb het namelijk aan de kinderen van Lot in bezit gegeven.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
En dan komt gij in de nabijheid van de Ammonieten; benauw hen niet en daag hen niet uit, want Ik zal u van het land der Ammonieten niets in bezit geven, omdat Ik het aan de zonen van Lot tot een bezitting gegeven heb.
King James Version + Strongnumbers
And when thou comest nigh H7126 over against H4136 the children H1121 of Ammon, H5983 distress H6696 them not, H408 nor H408 meddle H1624 with them: for H3588 I will not H3808 give H5414 thee of the land H4480 - H776 of the children H1121 of Ammon H5983 any possession; H3425 because H3588 I have given H5414 it unto the children H1121 of Lot H3876 for a possession. H3425
Updated King James Version
And when you come nigh opposite to the children of Ammon, distress them not, nor meddle with them: for I will not give you of the land of the children of Ammon any possession; because I have given it unto the children of Lot for a possession.
Gerelateerde verzen
2 Kronieken 20:10 | Deuteronomium 2:9 | Deuteronomium 2:5 | Richteren11:13 - Richteren11:27 | Genesis 19:36 - Genesis 19:38