Statenvertaling
Toen riep Abimélech Izak, en zeide: Voorwaar, zie, zij is uw huisvrouw! hoe hebt gij dan gezegd: Zij is mijn zuster? En Izak zeide tot hem: Want ik zeide: Dat ik niet misschien om harentwil sterve.
Herziene Statenvertaling*
Toen riep Abimelech Izak en zei: Nee maar, zie, zij is uw vrouw! Hoe kunt u dan zeggen: Zij is mijn zuster? Izak antwoordde hem: Omdat ik dacht dat ik anders om haar zou moeten sterven.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Toen riep Abimelek Isaak en zeide: Zij is zowaar uw vrouw; hoe hebt gij dan kunnen zeggen: zij is mijn zuster? Daarop zeide Isaak tot hem: Omdat ik dacht: ik mocht anders eens om haar het leven verliezen.
King James Version + Strongnumbers
And Abimelech H40 called H7121 Isaac, H3327 and said, H559 Behold, H2009 of a surety H389 she H1931 is thy wife: H802 and how H349 saidst H559 thou, She H1931 is my sister? H269 And Isaac H3327 said H559 unto H413 him, Because H3588 I said, H559 Lest H6435 I die H4191 for H5921 her.
Updated King James Version
And Abimelech called Isaac, and said, Behold, certainly she is your wife; and how said you, She is my sister? And Isaac said unto him, Because I said, Lest I die for her.
Gerelateerde verzen