Statenvertaling
Toen zeide hij: Stel het nabij mij, dat ik van het wildbraad mijns zoons ete, opdat mijn ziel u zegene. En hij stelde het nabij hem, en hij at; hij bracht hem ook wijn, en hij dronk.
Herziene Statenvertaling*
Toen zei Izak: Zet het wat dichter bij me. Dan kan ik van het wildbraad van mijn zoon eten, zodat mijn ziel je kan zegenen. Hij zette het dicht bij hem en hij at. Hij bracht hem ook wijn en hij dronk ervan.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Toen zeide hij: Zet het dicht bij mij, dan wil ik eten van het wildbraad van mijn zoon, opdat ik u zegene. Toen zette hij het dicht bij hem, en hij at; ook bracht hij hem wijn, en hij dronk.
King James Version + Strongnumbers
And he said, H559 Bring it near H5066 to me, and I will eat H398 of my son's H1121 venison, H4480 - H6718 that H4616 my soul H5315 may bless H1288 thee. And he brought it near H5066 to him, and he did eat: H398 and he brought H935 him wine, H3196 and he drank. H8354
Updated King James Version
And he said, Bring it near to me, and I will eat of my son's venison, that my soul may bless you. And he brought it near to him, and he did eat: and he brought him wine and he drank.
Gerelateerde verzen
Genesis 27:4