Statenvertaling
Wee u, gij verwoester, die niet verwoest zijt, en gij, die trouwelooslijk handelt, waar men niet trouwelooslijk tegen u gehandeld heeft! Als gij het verwoesten zult volbracht hebben, zult gij verwoest worden; als gij het trouweloos handelen zult voleind hebben, zal men trouwelooslijk tegen u handelen.
Herziene Statenvertaling*
Wee u, verwoester, u die zelf niet verwoest bent, en u die trouweloos handelt, al heeft men tegenover u niet trouweloos gehandeld. Hebt u het verwoesten voltooid, dan zult u zelf verwoest worden; bent u gereed met trouweloos handelen, dan zal men tegen u trouweloos handelen.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Wee, verwoester, die zelf niet verwoest zijt; verrader, die zelf niet verraden zijt; als gij voleindigd hebt te verwoesten, zult gij verwoest worden; als gij gereed zijt met verraden, zal men u verraden.
King James Version + Strongnumbers
Woe H1945 to thee that spoilest, H7703 and thou H859 wast not H3808 spoiled; H7703 and dealest treacherously, H898 and they dealt not treacherously H898 - H3808 with thee! when thou shalt cease H8552 to spoil, H7703 thou shalt be spoiled; H7703 and when thou shalt make an end H5239 to deal treacherously, H898 they shall deal treacherously H898 with thee.
Updated King James Version
Woe to you that spoil, and you were not spoiled; and deal treacherously, and they dealt not treacherously with you! when you shall cease to spoil, you shall be spoiled; and when you shall make an end to deal treacherously, they shall deal treacherously with you.
Gerelateerde verzen
Matthéüs 7:2 | Jesaja 21:2 | Jesaja 10:12 | Jesaja 17:14 | Jeremía 25:12 - Jeremía 25:14 | Openbaring 13:10 | Obadja 1:10 - Obadja 1:16 | Zacharia 14:1 - Zacharia 14:3 | Jesaja 10:5 - Jesaja 10:6 | 2 Koningen 18:13 - 2 Koningen 18:17 | Jesaja 24:16 | Richteren 1:7 | Jesaja 37:36 - Jesaja 37:38 | Hábakuk 2:5 - Hábakuk 2:8 | Openbaring 17:12 - Openbaring 17:14 | Openbaring 17:17 | 2 Kronieken 28:16 - 2 Kronieken 28:21 | Openbaring 16:6