Statenvertaling
Dit nu zijn de koningen des lands, die Jozua sloeg, en de kinderen Israëls, aan deze zijde van de Jordaan tegen het westen, van Baäl-Gad aan, in het dal van den Libanon, en tot aan den kalen berg, die naar Seïr opgaat; en Jozua gaf het aan de stammen Israëls tot een erfelijke bezitting, naar hun afdelingen.
Herziene Statenvertaling*
Dit zijn de koningen van het land, die Jozua en de Israëlieten versloegen aan deze zijde van de Jordaan in het westen, van Baäl-Gad af, in het dal van de Libanon, tot aan het Kale Gebergte, dat oploopt naar Seïr. Jozua gaf het aan de stammen van Israël in bezit, volgens hun afdelingen.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Dit zijn de koningen des lands, die Jozua en de Israëlieten verslagen hebben aan de westzijde van de Jordaan, van Baal-gad in de vallei van de Libanon tot het Kale Gebergte, dat oploopt in de richting van Seir, welker land Jozua aan de stammen Israëls tot een bezitting gaf, volgens hun afdelingen;
King James Version + Strongnumbers
And these H428 are the kings H4428 of the country H776 which H834 Joshua H3091 and the children H1121 of Israel H3478 smote H5221 on this side H5676 Jordan H3383 on the west, H3220 from Baalgad H4480 - H1171 in the valley H1237 of Lebanon H3844 even unto H5704 the mount H2022 Halak, H2510 that goeth up H5927 to Seir; H8165 which Joshua H3091 gave H5414 unto the tribes H7626 of Israel H3478 for a possession H3425 according to their divisions; H4256
Updated King James Version
And these are the kings of the country which Joshua and the children of Israel stroke on this side Jordan on the west, from Baalgad in the valley of Lebanon even unto the mount Halak, that goes up to Seir; which Joshua gave unto the tribes of Israel for a possession according to their divisions;
Gerelateerde verzen
Genesis 32:3 | Jozua 13:1 - Jozua 13:19 | Jozua 11:17 | Jozua 11:23 - Jozua 12:1 | Jozua 3:17 | Genesis 36:20 | Deuteronomium 2:1 | Genesis 14:6 | Deuteronomium 2:4 | Deuteronomium 11:23 - Deuteronomium 11:24 | Jozua 9:1 | Genesis 36:30 | Genesis 36:8 | Jozua 1:3 - Jozua 1:4