Statenvertaling
En hij, antwoordende, zeide tot hen: Die twee rokken heeft, dele hem mede, die geen heeft; en die spijze heeft, doe desgelijks.
Herziene Statenvertaling*
Hij antwoordde en zei tegen hen: Wie twee stel onderkleren heeft, moet delen met hem die er geen heeft, en wie voedsel heeft, moet ook zo doen.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Hij antwoordde en zeide: Wie een dubbel stel klederen heeft, dele mede aan wie er geen heeft, en wie spijzen heeft, doe evenzo.
King James Version + Strongnumbers
He ( G1161 ) answereth G611 and saith G3004 unto them, G846 He that hath G2192 two G1417 coats, G5509 let him impart G3330 to him that hath G2192 none; G3361 and G2532 he that hath G2192 meat, G1033 let him do G4160 likewise. G3668
Updated King James Version
He answers and says unto them, He that has two coats, let him impart to him that has none; and he that has food, let him do likewise.
Gerelateerde verzen
Handelingen 10:2 | Johannes 13:29 | Handelingen 10:31 | 1 Johannes 4:20 | 1 Johannes 3:17 | Markus 14:5 - Markus 14:8 | Jakobus 2:15 - Jakobus 2:26 | Matthéüs 25:40 | Jakobus 1:27 | 2 Korinthe 8:3 - 2 Korinthe 8:14 | Handelingen 10:4 | Jesaja 58:7 - Jesaja 58:11 | Daniël 4:27 | Hebreeën 6:10 | Lukas 18:22 | Lukas 19:8 | 1 Timótheüs 6:18 | Lukas 11:41