אֲחוַֹחAchowach (akh-o'-akh) n/p.1. brotherly2. Achoach, an Israelite[by reduplication from H251]KJV: Ahoah. Root(s): H251 H251
Copyright © 2023 tot heden - Stichting de Gezonde Overtuiging - Alle rechten voorbehouden