צָּדוֹקTsadowq (tsaw-doke') n/p.1. just2. Tsadok, the name of eight or nine Israelites[from H6663]KJV: Zadok. Root(s): H6663 H6663
Copyright © 2023 tot heden - Stichting de Gezonde Overtuiging - Alle rechten voorbehouden