תְּחִנָּהtchinnah (tekh-in-naw') n-f.1. graciousness2. causatively, entreaty[from H2603]KJV: favour, grace, supplication. Root(s): H2603 H2603
Copyright © 2023 tot heden - Stichting de Gezonde Overtuiging - Alle rechten voorbehouden