Statenvertaling
En Mijn oog zal u niet verschonen, en Ik zal niet sparen; maar Ik zal uw wegen op u brengen, en uw gruwelen zullen in het midden van u zijn, en gijlieden zult weten, dat Ik de HEERE ben.
Herziene Statenvertaling*
Ik zal u niet ontzien, Ik zal geen medelijden hebben, want Ik zal u uw wegen vergelden, en uw gruweldaden zullen in uw midden zijn. Dan zult u weten, dat Ik de HEERE ben.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Ik zal u niet ontzien en geen deernis hebben, maar Ik zal uw wandel aan u vergelden, uw gruwelen zullen op u neerkomen, en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
King James Version + Strongnumbers
And mine eye H5869 shall not H3808 spare H2347 - H5921 thee, neither H3808 will I have pity: H2550 but H3588 I will recompense H5414 thy ways H1870 upon H5921 thee, and thine abominations H8441 shall be H1961 in the midst H8432 of thee: and ye shall know H3045 that H3588 I H589 am the LORD. H3068
Updated King James Version
And mine eye shall not spare you, neither will I have pity: but I will recompense your ways upon you, and your abominations shall be in the midst of you: and all of you shall know that I am the LORD.
Gerelateerde verzen
Ezechiël 6:7 | Ezechiël 16:43 | Hebreeën 10:30 | Ezechiël 11:21 | Ezechiël 9:10 | Ezechiël 24:14 | Ezechiël 8:18 | Ezechiël 12:20 | Jeremía 13:14 | Ezechiël 23:31 | Jeremía 25:14 | Ezechiël 6:14 | Ezechiël 7:9 | Hoséa 9:7 | Ezechiël 22:31 | Zacharia 11:6 | Hoséa 12:2 | Ezechiël 5:11 | Ezechiël 7:27 | Jeremía 16:18 | Ezechiël 23:49