Statenvertaling
En Izak, zijn vader, zeide tot hem: Wie zijt gij? En hij zeide: Ik ben uw zoon, uw eerstgeborene, Ezau.
Herziene Statenvertaling*
Izak, zijn vader, zei tegen hem: Wie ben je? Hij zei: Ik ben uw zoon, uw eerstgeborene, Ezau.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
En zijn vader Isaak zeide tot hem: Wie zijt gij? En hij zeide: Ik ben uw eerstgeboren zoon Esau.
King James Version + Strongnumbers
And Isaac H3327 his father H1 said H559 unto him, Who H4310 art thou? H859 And he said, H559 I H589 am thy son, H1121 thy firstborn H1060 Esau. H6215
Updated King James Version
And Isaac his father said unto him, Who are you? And he said, I am your son, your firstborn Esau.
Gerelateerde verzen
Genesis 27:18