Statenvertaling
Toen namen Sem en Jafeth een kleed, en zij leiden het op hun beider schouderen, en gingen achterwaarts, en bedekten de naaktheid huns vaders; en hun aangezichten waren achterwaarts gekeerd, zodat zij de naaktheid huns vaders niet zagen.
Herziene Statenvertaling*
Toen namen Sem en Jafeth een kleed, legden het op hun beider schouders, liepen achteruit en bedekten de naaktheid van hun vader, met het gezicht afgewend, zodat zij de naaktheid van hun vader niet zagen.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Daarop namen Sem en Jafet een mantel, legden die op hun beider schouders, liepen achterwaarts en bedekten huns vaders naaktheid, terwijl hun aangezicht afgewend was, zodat zij huns vaders naaktheid niet zagen.
King James Version + Strongnumbers
And Shem H8035 and Japheth H3315 took H3947 ( H853 ) a garment, H8071 and laid H7760 it upon H5921 both H8147 their shoulders, H7926 and went H1980 backward, H322 and covered H3680 ( H853 ) the nakedness H6172 of their father; H1 and their faces H6440 were backward, H322 and they saw H7200 not H3808 their father's H1 nakedness. H6172
Updated King James Version
And Shem and Japheth took a garment, and laid it upon both their shoulders, and went backward, and covered the nakedness of their father; and their faces were backward, and they saw not their father's nakedness.
Gerelateerde verzen
Éxodus 20:12 | 1 Timótheüs 5:1 | Romeinen 13:7 | Leviticus 19:32 | 1 Timótheüs 5:19 | 1 Petrus 4:8 | 1 Timótheüs 5:17 | Galaten 6:1 | 1 Petrus 2:17