Statenvertaling
Toen gaf ik hun tot antwoord, en zeide tot hen: God van den hemel, Die zal het ons doen gelukken, en wij, Zijn knechten, zullen ons opmaken en bouwen; maar gijlieden hebt geen deel, noch gerechtigheid, noch gedachtenis in Jeruzalem.
Herziene Statenvertaling*
Toen gaf ik hun antwoord en zei tegen hen: De God van de hemel, Hij zal ons doen slagen en wij, Zijn dienaren, zullen opstaan en gaan bouwen. Maar u hebt geen deel, geen recht, en geen herinnering in Jeruzalem.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Maar ik diende hen van antwoord en zeide tot hen: De God des hemels, Hij zal het ons doen gelukken, en wij, zijn knechten, zullen ons gereedmaken en bouwen; gij echter hebt deel noch recht noch gedachtenis in Jeruzalem.
King James Version + Strongnumbers
Then answered H7725 - H1697 I them, and said H559 unto them, The God H430 of heaven, H8064 he H1931 will prosper H6743 us; therefore we H587 his servants H5650 will arise H6965 and build: H1129 but ye have no H369 portion, H2506 nor right, H6666 nor memorial, H2146 in Jerusalem. H3389
Updated King James Version
Then answered I them, and said unto them, The God of heaven, he will prosper us; therefore we his servants will arise and build: but all of you have no portion, nor right, nor memorial, in Jerusalem.
Gerelateerde verzen
Psalmen 102:13 - Psalmen 102:14 | Handelingen 10:31 | Prediker 7:18 | Ezra 4:3 | Handelingen 10:4 | Esther 4:11 | Psalmen 51:18 | Leviticus 2:2 | Handelingen 8:21 | Jesaja 56:5 | Psalmen 20:5 | Zacharia 6:14 | Numeri 10:10 | Nehémia 2:4 | 2 Kronieken 26:5 | Leviticus 24:7 | Psalmen 122:6 | Éxodus 28:29 | Psalmen 35:27