Statenvertaling
Want de Gileadieten namen den Efraïmieten de veren van de Jordaan af; en het geschiedde, als de vluchtelingen van Efraïm zeiden: Laat mij overgaan; zo zeiden de mannen van Gílead tot hem: Zijt gij een Efraïmiet? wanneer hij zeide: Neen;
Herziene Statenvertaling*
Gilead ontnam de Efraïmieten namelijk de doorwaadbare plaatsen van de Jordaan. En het gebeurde, wanneer vluchtelingen van Efraïm zeiden: Laat mij oversteken, dat de mannen van Gilead tegen hem zeiden: Bent u een Efraïmiet? En wanneer hij zei: Nee,
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Gilead bezette de doorwaadbare plaatsen van de Jordaan naar Efraïm. Wanneer nu een der vluchtelingen van Efraïm zeide: Laat mij oversteken, dan zeiden de mannen van Gilead tot hem: Zijt gij een Efraïmiet? En antwoordde hij: Neen,
King James Version + Strongnumbers
And the Gileadites H1568 took H3920 ( H853 ) the passages H4569 of Jordan H3383 before the Ephraimites: H669 and it was H1961 so, that when H3588 those Ephraimites H669 which were escaped H6412 said, H559 Let me go over; H5674 that the men H376 of Gilead H1568 said H559 unto him, Art thou H859 an Ephraimite? H673 If he said, H559 Nay; H3808
Updated King James Version
And the Gileadites took the passages of Jordan before the Ephraimites: and it was so, that when those Ephraimites which were escaped said, Let me go over; that the men of Gilead said unto him, Are you an Ephraimite? If he said, Nay;
Gerelateerde verzen
Jozua 22:11 | Richteren 3:28 | Richteren 7:24 | Jozua 2:7