Statenvertaling
Zo zal des HEEREN eed tussen hen beiden zijn, of hij niet zijn hand aan zijns naasten have geslagen heeft; en derzelver heer zal dien aannemen; en hij zal het niet wedergeven.
Herziene Statenvertaling*
dan moet de eed bij de HEERE tussen hen beiden beslissen, of hij zijn hand niet heeft uitgestoken naar de bezittingen van zijn naaste. De eigenaar daarvan is daaraan onderworpen en de ander hoeft het niet te vergoeden.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Dan zal de eed bij de Here tussen hen beslissen, of hij niet zijn hand uitgestoken heeft naar de have van zijn naaste, en de eigenaar zal er genoegen mee nemen, de ander behoeft geen vergoeding te geven.
King James Version + Strongnumbers
Then shall an oath H7621 of the LORD H3068 be H1961 between H996 them both, H8147 that H518 he hath not H3808 put H7971 his hand H3027 unto his neighbour's H7453 goods; H4399 and the owner H1167 of it shall accept H3947 thereof, and he shall not H3808 make it good. H7999
Updated King James Version
Then shall an oath of the LORD be between them both, that he has not put his hand unto his neighbour's goods; and the owner of it shall accept thereof, and he shall not make it good.
Gerelateerde verzen
Leviticus 5:1 | Leviticus 6:3 | Éxodus 22:8 | 1 Koningen 2:42 - 1 Koningen 2:43 | Hebreeën 6:16 | Éxodus 23:1 | Spreuken 30:9