Éxodus 32:24
Statenvertaling
Toen zeide ik tot hen: Wie goud heeft, die rukke het af, en geve het mij; en ik wierp het in het vuur, en dit kalf is er uit gekomen.
Herziene Statenvertaling*
Toen zei ik tegen hen: Wie goud heeft, moet dat afrukken en aan mij geven. En ik gooide het in het vuur en dit kalf kwam eruit tevoorschijn.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Toen zeide ik tot hen: Wie heeft goud? Rukt het af! Zij gaven het mij en ik wierp het in het vuur, en dit kalf kwam eruit.
King James Version + Strongnumbers
And I said H559 unto them, Whosoever H4310 hath any gold, H2091 let them break it off. H6561 So they gave H5414 it me: then I cast H7993 it into the fire, H784 and there came out H3318 this H2088 calf. H5695
Updated King James Version
And I said unto them, Whosoever has any gold, let them break it off. So they gave it me: then I cast it into the fire, and there came out this calf.
Gerelateerde verzen
Lukas 10:29 | Romeinen 3:10 | Éxodus 32:4 | Genesis 3:12 - Genesis 3:13