Statenvertaling
Toen zeide Juda: Wat zullen wij tot mijn heer zeggen, wat zullen wij spreken, en wat zullen wij ons rechtvaardigen? God heeft de ongerechtigheid uwer knechten gevonden; zie, wij zijn mijns heren slaven, zo wij, als hij, in wiens hand de beker gevonden is.
Herziene Statenvertaling*
Toen zei Juda: Wat zullen wij tegen mijn heer zeggen? Wat zullen wij spreken? Waarmee kunnen wij ons rechtvaardigen? God heeft de misdaad van uw dienaren aan het licht gebracht. Zie, wij zullen slaven van mijn heer zijn, zowel wij als hij bij wie de beker gevonden is.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Daarop zeide Juda: Wat zullen wij tot mijn heer zeggen, wat zullen wij spreken, en waarmee zullen wij ons rechtvaardigen? God heeft de schuld uwer knechten aan het licht gebracht. Zie, wij zijn slaven voor mijn heer, wij evenals degene, bij wie de beker gevonden is.
King James Version + Strongnumbers
And Judah H3063 said, H559 What H4100 shall we say H559 unto my lord? H113 what H4100 shall we speak? H1696 or how H4100 shall we clear ourselves? H6663 God H430 hath found out H4672 ( H853 ) the iniquity H5771 of thy servants: H5650 behold, H2009 we are my lord's H113 servants, H5650 both H1571 we, H587 and he also H1571 with whom H834 - H3027 the cup H1375 is found. H4672
Updated King James Version
And Judah said, What shall we say unto my lord? what shall we speak? or how shall we clear ourselves? God has found out the iniquity of your servants: behold, we are my lord's servants, both we, and he also with whom the cup is found.
Gerelateerde verzen
Numeri 32:23 | Jozua 7:18 | Genesis 44:32 | Job 40:4 | Spreuken 28:17 | Handelingen 2:37 | Daniël 9:7 | Genesis 37:7 | Ezra 9:10 | Jozua 7:1 | Richteren1:7 | Deuteronomium 25:1 | Spreuken 17:15 | Genesis 44:9 | Genesis 37:18 - Genesis 37:28 | Jesaja 27:9 | Genesis 37:9 | Ezra 9:15 | Matthéüs 7:2 | Lukas 12:2 | Jesaja 5:3 | Genesis 43:8 - Genesis 43:9 | Genesis 42:21 - Genesis 42:22