Statenvertaling
Toen zeide ik: Wee mij, want ik verga! dewijl ik een man van onreine lippen ben, en ik woon in het midden eens volks, dat onrein van lippen is; want mijn ogen hebben den Koning, den HEERE der heirscharen gezien.
Herziene Statenvertaling*
Toen zei ik: Wee mij, want ik verga! Ik ben immers een man met onreine lippen en woon te midden van een volk met onreine lippen. Mijn ogen hebben namelijk de Koning, de HEERE van de legermachten, gezien.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Toen zeide ik: Wee mij, ik ga ten onder, want ik ben een man, onrein van lippen, en woon te midden van een volk, dat onrein van lippen is; en mijn ogen hebben de Koning, de Here der heerscharen, gezien.
King James Version + Strongnumbers
Then said H559 I, Woe H188 is me! for H3588 I am undone; H1820 because H3588 I H589 am a man H376 of unclean H2931 lips, H8193 and I H589 dwell H3427 in the midst H8432 of a people H5971 of unclean H2931 lips: H8193 for H3588 mine eyes H5869 have seen H7200 ( H853 ) the King, H4428 the LORD H3068 of hosts. H6635
Updated King James Version
Then said I, Woe is me! for I am undone; because I am a man of unclean lips, and I dwell in the midst of a people of unclean lips: for mine eyes have seen the King, the LORD of hosts.
Gerelateerde verzen
Jesaja 29:13 | Jesaja 33:17 | Jakobus 3:1 - Jakobus 3:2 | Ezechiël 2:6 - Ezechiël 2:8 | Daniël 10:6 - Daniël 10:8 | Éxodus 6:12 | Lukas 5:8 - Lukas 5:9 | Éxodus 4:10 | Hábakuk 3:16 | Jakobus 3:6 - Jakobus 3:10 | Richteren 13:22 | Openbaring 1:5 - Openbaring 1:7 | Éxodus 33:20 | Richteren 6:22 | Matthéüs 12:34 - Matthéüs 12:37 | Jeremía 9:3 - Jeremía 9:8 | Zacharia 3:1 - Zacharia 3:7 | Éxodus 6:30 | Jeremía 51:57 | Openbaring 1:16 - Openbaring 1:17 | Job 42:5 - Job 42:6 | Ezechiël 33:31 | Jeremía 1:6