Statenvertaling
Doch Hij kende hun gedachten, en zeide tot den mens, die de dorre hand had: Rijs op, en sta in het midden. En hij opgestaan zijnde, stond over einde.
Herziene Statenvertaling*
Maar Hij kende hun overwegingen en zei tegen de man met de verschrompelde hand: Sta op en ga in het midden staan; en hij stond op en ging daar staan.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Maar Hij kende hun overleggingen en zeide tot de man, wiens hand verschrompeld was: Sta op en ga in het midden staan. Hij stond op en ging staan.
King James Version + Strongnumbers
But G1161 he G846 knew G1492 their G846 thoughts, G1261 and G2532 said G2036 to the G3588 man G444 which had G2192 the withered G3584 hand, G5495 Rise up, G1453 and G2532 stand forth G2476 in G1519 the G3588 midst. G3319 And G1161 he G3588 arose G450 and stood forth. G2476
Updated King James Version
But he knew their thoughts, and said to the man which had the withered hand, Rise up, and stand forth in the midst. And he arose and stood forth.
Gerelateerde verzen
Matthéüs 9:4 | Job 42:2 | 1 Petrus 4:1 | Hebreeën 4:13 | Lukas 5:22 | Handelingen 20:24 | Psalmen 44:21 | Handelingen 26:26 | Johannes 9:4 | 1 Kronieken 29:17 | Openbaring 2:23 | 1 Kronieken 28:9 | Johannes 2:25 | Filippenzen 1:28 | Johannes 21:17 | Jesaja 42:4