Statenvertaling
Ook zeide de HEERE tot Aäron: Gij zult in hun land niet erven, en gij zult geen deel in het midden van henlieden hebben; Ik ben uw deel en uw erfenis, in het midden van de kinderen Israëls.
Herziene Statenvertaling*
Ook zei de HEERE tegen Aäron: U zult in hun land geen erfelijk bezit nemen, en u zult geen aandeel in het midden van hen hebben. Ik ben uw deel en erfelijk bezit, in het midden van de Israëlieten.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
En de Here zeide tot Aaron: In hun land zult gij geen erfdeel hebben en een stuk land zal u onder hen niet ten deel vallen; Ik ben uw deel en uw erfdeel onder de Israëlieten.
King James Version + Strongnumbers
And the LORD H3068 spake H559 unto H413 Aaron, H175 Thou shalt have no inheritance H5157 - H3808 in their land, H776 neither H3808 shalt thou have H1961 any part H2506 among H8432 them: I H589 am thy part H2506 and thine inheritance H5159 among H8432 the children H1121 of Israel. H3478
Updated King James Version
And the LORD spoke unto Aaron, You shall have no inheritance in their land, neither shall you have any part among them: I am your part and your inheritance among the children of Israel.
Gerelateerde verzen
Deuteronomium 18:1 - Deuteronomium 18:2 | Numeri 18:23 - Numeri 18:24 | Jozua 18:7 | Psalmen 16:5 | Psalmen 73:26 | Deuteronomium 10:9 | Psalmen 142:5 | Jozua 13:14 | 1 Korinthe 3:21 - 1 Korinthe 3:23 | Deuteronomium 12:12 | Jozua 13:33 | Openbaring 21:3 | Jozua 14:3 | Numeri 26:62 | Deuteronomium 14:29 | Klaagliederen 3:24 | Deuteronomium 14:27 | Ezechiël 44:28