Statenvertaling
En zij zeide: Laat mij genade vinden in uw ogen, mijn heer, dewijl gij mij getroost hebt, en dewijl gij naar het hart uwer dienstmaagd gesproken hebt, hoewel ik niet ben, gelijk een uwer dienstmaagden.
Herziene Statenvertaling*
En zij zei: Laat mij genade vinden in uw ogen, mijn heer, want u hebt mij getroost en u hebt naar het hart van uw dienares gesproken, hoewel ik niet ben als een van uw dienaressen.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Daarop zeide zij: Gij betoont mij wel uw gunst, mijn heer, want gij hebt mij vertroost en naar het hart van uw dienstmaagd gesproken, hoewel ik niet de gelijke ben van een uwer dienstmaagden.
King James Version + Strongnumbers
Then she said, H559 Let me find H4672 favour H2580 in thy sight, H5869 my lord; H113 for H3588 that thou hast comforted H5162 me, and for that H3588 thou hast spoken H1696 friendly H5921 - H3820 unto thine handmaid, H8198 though I H595 be H1961 not H3808 like unto one H259 of thine handmaidens. H8198
Updated King James Version
Then she said, Let me find favour in your sight, my lord; for that you have comforted me, and for that you have spoken friendly unto your handmaid, though I be not like unto one of your handmaidens.
Gerelateerde verzen
1 Samuël 25:41 | Genesis 33:10 | Richteren 19:3 | Genesis 43:14 | Filippenzen 2:3 | Genesis 34:3 | Genesis 33:15 | Genesis 33:8 | 1 Samuël 1:18 | 2 Samuël 16:4 | Spreuken 15:33