Statenvertaling
Ik zeide: Immers zult gij Mij vrezen, gij zult de tucht aannemen, opdat haar woning niet uitgeroeid zou worden; al wat Ik haar bezocht hebbe, waarlijk, zij hebben zich vroeg opgemaakt, zij hebben al hun handelingen verdorven.
Herziene Statenvertaling*
Ik zei: Nu zult U Mij zeker vrezen, u zult de vermaning aanvaarden, opdat haar woning niet uitgeroeid zou worden, hoe Ik haar ook gestraft zou hebben. Toch waren zij er vroeg bij, zij hebben totaal verderfelijk gehandeld.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Ik zeide: Vrees Mij toch, neem tuchtiging aan; dan zal haar woning niet uitgeroeid worden volgens alles waarmee Ik over haar bezoeking zal doen. Evenwel, zij waren er vroeg bij om al hun boze daden te bedrijven.
King James Version + Strongnumbers
I said, H559 Surely H389 thou wilt fear H3372 me, thou wilt receive H3947 instruction; H4148 so their dwelling H4583 should not H3808 be cut off, H3772 howsoever H3605 - H834 I punished H6485 - H5921 them: but H403 they rose early, H7925 and corrupted H7843 all H3605 their doings. H5949
Updated King James Version
I said, Surely you will fear me, you will receive instruction; so their dwelling should not be cut off, howsoever I punished them: but they rose early, and corrupted all their doings.
Gerelateerde verzen
Jeremía 25:5 | 2 Petrus 3:9 | Genesis 6:12 | Jesaja 5:4 | 2 Kronieken 28:6 - 2 Kronieken 28:8 | Jeremía 7:7 | Zefánja 3:2 | 2 Kronieken 36:3 - 2 Kronieken 36:10 | Jesaja 63:8 | Lukas 19:42 - Lukas 19:44 | Jeremía 8:6 | 2 Kronieken 33:11 | Jeremía 38:17 | Deuteronomium 4:16 | 2 Kronieken 32:1 - 2 Kronieken 32:2 | Jeremía 36:3 | Micha 2:1 - Micha 2:2 | Hoséa 9:9 | Jeremía 17:25 - Jeremía 17:27